Bezette Stad was een vergif, als tegengif gebruikt. Het nihilisme van Bezette Stad kureerde mij van een oneerlijkheid, die ik eerlijkheid waande, en van buitenlyriese hoge-borst-zetterij. Daarna werd ik een doodgewoon dichter, dit is iemand die gedichtjes maakt voor zijn plezier, zoals een duivenmelker duiven houdt.’ – Paul van Ostaijen
In de zomer van 1914 wordt Antwerpen gebombardeerd vanuit een zeppelin. Na een korte strijd valt de stad in handen van de Duitsers. Zes jaar later probeert Paul van Ostaijen, zelf Antwerpenaar, het leven en de chaos van de bezette stad vast te leggen. Met flarden van liedjes, reclames, uithangborden, filmbeelden en krantenberichten roept hij in een ‘ritmiese typografie’ de beelden en geluiden op van de stad in al haar vervreemdende wanorde. Zijn beroemde typografische experimenten verbeelden de bommen, het vuur en de verminkten, maar ook het dagelijkse en nachtelijke leven in het bezette Antwerpen.
Bezette stad is hét kunstwerk bij uitstek waarin het bezette Antwerpen, maar eigenlijk elke bezette stad, op grootse wijze wordt opgeroepen. Een onvergetelijk monument voor een stad in oorlog. Paul van Ostaijen (1896-1928) was een modernistisch Vlaams dichter en prozaschrijver. Bij het grote publiek is hij vooral bekend om zijn gedichten